Sommige mensen (je kent of bent er vast één), torsen als ware Moeder Thesera's de last van alles en iedereen mee op hun schouders. Nobel en belangrijk werk natuurlijk! Zeker in deze tijden waarin ideeen als ''De Participatie maatschappij'' worden gepropogandeerd door de politiek en waarbij iedereen geacht wordt om deel te nemen aan ofwel het schoolsysteem of de arbeidsmarkt, of dat nu daadwerkelijk haalbaar is voor iedereen of niet.
Heel wat mensen hebben het daarom moeilijk op dit moment. Dat zie ik ook in mijn directe omgeving. Veel veelbeleovende voormalig studiegenoten zitten nu werkloos thuis (we studeerden in 2008 af, precies toen de crisis haar dieptepunt had bereikt). Daar zitten ze zich te vervelen of ze verpieteren in hun gevecht met het UWV of met veel te simpele collega's in veel te eenvoudige bijbanen omdat de huur nu eenmaal betaald moet worden, maar er nu eenmaal geen betere natieven zijn. Iedereen lijkt daarin op dit moment wel wat hulp te kunnen gebruiken. En als je een beetje sociaal aangelegd bent en brede schouders hebt voelt het al snel als je plicht om ook daadwerkelijk iedereen te helpen (dat kan jij tenslotte). Toch is het belangrijk dat je ook goed voor jezelf blijft zorgen. Ik spreek wat dit onderwerp ook op een ander vlak nog uit ervaring: ik doe al ruim 5 jaar aan mantelzorg voor een familielid. Daardor weet ik als geen ander dat je in de zorg voor een ander al snel over je eigen grezen heen kunt gaan. Dat begint vaak met enkel helpen door af en toe een goed gesprek te hebben met de ander. Vervolgens ontdek je beetje bij beetje hoe nijpend de situatie van de ander echt is en dat de ander eigenlijk veel meer hulp nodig heeft dan alleen jouw luisterende oor. En voor je het weet zit je te helpen om de administratie van de ander op orde te brengen en staat je telefoon permanent aan en op stand-by zodat je altijd bereikbaar bent voor de ander. Je geeft in de loop van de tijd steeds een beetje meer, steeds een beetje meer... herkenbaar? Lees dan zeker verder.
Paradox
Het lijkt een vreemde tegenstelling, maar een echte wereldverbeteraar zorgt als allereerste heel erg goed voor zichzelf: mentaal, emotioneel, fysiek, financieel, intellectueel moet jij ook aan je trekken komen. En wel om deze heel eenvoudige reden: als jouw energie helemaal op is en je hebt alles weggegeven wat je had, wat valt er dan nog aan de ander te geven? Niets...
Iemand die grenzeloos en oneindig wil blijven geven moet daarom zorgen dat zijn of haar eigen energiepeil op orde is en dat in al zijn behoeften op alle vlakken van zijn of haar leven voldoende wordt voorzien voordat hij hier iets van weg kan geven. En dit is iets wat je constant zal moeten blijven doen, voordat je echt goed met een ander kan delen.
Nu heeft de ene mens van nature meer energie dan de ander, en kan de ene meer incasseren dan de ander. Je weet uiteindelijk echt alleen zelf wat je wel en niet aankan. De één kan wekenlang lange werkdagen draaien zonder vermoeid te raken, terwijl de ander al na één dag moe neer ploft op de bank. Verontschuldig je ook niet voor je grote energie. Hiermee bedoel ik: als anderen zich ongerust over je maken omdat je in hun ogen ''zo ontzettend veel doet'' en daarom ''vast erg dicht tegen een burn-out aanzit'' (terwijl dit jouw natuurlijke tempo is), trek je daar dan niets van aan. Waarom? Omdat het je extra veel energie kost om constant iedereen om je heen gerust te stellen, terwijl je in je eigen tempo werkt. Dat is pas remmend. Weg ermee dus! Laat die anderen maar kletsen.
Nee zeggen is ook helpen
Vaak als je anderen al een langere tijd helpt, kan het constante helpen er ook voor zorgen dat de ander op den duur helemaal niets meer zelf denkt te kunnen. Dat zit zo: denk ees terug aan een periode in je leven waarin je zelf in acute nood verkeerde. Misschien was je ernstig ziek, had je financiele problemen, was je in een ongeval betrokken, was er een geliefde overleden of was je net je baan kwijt geraakt bijvoorbeeld. Heb je er wel eens bij stil gestaan hoe sterk je in deze periode was en hoeveel je toen eigenlijk hebt geincasseerd en ook hebt opgelost?
Een vriendin zei ooit tegen mij over een periode waarin ze kanker had: ''Op het moment dat je dat nieuws te horen krijgt van je arts, stort je wereld in. Maar de wereld buiten gaat gewoon verder. Ik moest dus ook verder. Toen ontdekte ik hoe sterk ik eigenlijk ben. Als je écht moet, kan je opeens veel meer dan je ooit hebt geweten dat je kon''.
Je kunt in je leven wel een tijdje samen wandelen, maar uiteindelijk zal je toch zo veel mogelijk je eigen pad moeten bewandelen. Op het moment dat je de ander almaar zijn handje vast blijft houden, om hem of haar te behoeden voor ieder mogelijk gevaar en voor elke confrontatie, dan ontneem je de ander de kans om uit te vinden wat hij of zij zelf aankan. Je houd de ader op deze manier klein, kwetsbaar en mak.
Dat wil niet zeggen dat je de ander zomaar in het diepe moet gooien om te zien of de ander zelf kan zwemmen. Het betekend dat je de ander er telkens op uit stuurt om zelf uit te zoeken hoe hij zelf iets op kan lossen in de wetenschap dat hij of zij altijd op jou terug kan vallen als het niet lukt omdat je in de buurt bent (als is het maar bereikbaar per telefoon bijvoorbeeld).
En soms moet je hulp weigeren, op het moment dat de ander alsmaar om hulp blijft vragen zonder zelf echt moeite te hebben gedaan. En soms ook als de ander meer gespecialiseerde hulp nodig heeft (denk bijvoorbeeld aan een huisarts of psychiater) die je zelf nooit kan bieden. Zeg dan eerder tegen de ander dat je die hulp niet langer kan bieden.
Wanneer wel en wanneer niet helpen?
Wanneer je nog wel moet helpen en wanneer niet meer is – dat geef ik helemaal toe – altijd moeilijk om te bepalen. Je zal iedere keer bij iedere situatie moeten wegen wat je wel en niet doet voor de ander. Maar de bottom line is: Maak het de ander niet té gemakkelijk. Houdt de ander niet aan het handje. Werp hem niet op de knieen met goedbedoelde en verstikkende hulp, maar trek de ander op zijn tenen: daag hem of haar uit om steeds een stap verder vooruit te zetten.
The Bigger Picture
''Op een dag kom ik terug en zal ik zel helpen', zwoor ik toen ik op mijn achttiende op mezelf ging wonen en ik naar de stad verhuisde en veel geliefden achter moest laten die in de (soms zware) problemen zaten. Ik realiseerde me, dat ik ze niet meer kon helpen omdat ik zelf in een benarde en compleet afhankelijke situatie zat. Studeren en werken was het beste wat ik op dat moment kon doen. Hiermee ging ik op eigen benen staan, was ik niemand meer iets verschuldigd en nu zelf ook eindelijk vrij. Na vier jaar, gewapend met kennis, een rugzak vol levenservaring, een fijn huis om in te wonen en een spaarcentje voor de dorst kon ik pas echt gaan helpen: ik kon anderen uit gaan nodigen, desnoods om te blijven slapen, mee te eten, hun verhaal bij me te kunnen doen en mijn eigen lessen van die afgelopen vier jaar delen. Als ik niet vier jaar ''egoïstisch'' was geweest, had ik heel veel anderen niet vooruit kunnen duwen zoals ik dat heb gedaan. Soms was het voorbeeld geven alleen al genoeg: ''Zij gaat er voor en het lukt haar, dan kan ik het ook''. Dat is het grotere plan. Laat je voor nu niet tegenhouden door angst of schuldgevoelens. Wat je bereikt als je dat loslaat, is grootser dan je je nu ook maar voor kan stellen. Dat beloof ik je.
Hi daar! Ik ben Jessica, een oer-Rotterdamse kunstenaar die onderzoekt hoe je van je leven een duurzaam LevensKunstwerk kunt maken